Svah in het nederlands

Vertaling: svah, Woordenboek: tsjechisch » nederlands

Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
afdaling, schemering, soppen, val, zin, lust, opstaan, walkant, ver, afkomst, schemer, herfst, vallen, waterkant, uitvallen, neerdaling, helling, talud, hellingsgraad, piste, de helling
Svah in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • suť in het nederlands - rommel, vuil, puin, prullaria, afval, rommelzooi, vuilnis, ...
  • sužovat in het nederlands - doodsangst, foltering, mishandelen, vraagstuk, strubbeling, ergeren, koeioneren, ...
  • sval in het nederlands - spier, spieren, de spieren, spier-
  • svalit in het nederlands - omvallen, kantelen, tuimelen, omver te werpen, ten val te brengen
Willekeurige woorden
Svah in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: afdaling, schemering, soppen, val, zin, lust, opstaan, walkant, ver, afkomst, schemer, herfst, vallen, waterkant, uitvallen, neerdaling, helling, talud, hellingsgraad, piste, de helling