Zárodek in het nederlands
Vertaling: zárodek, Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
oog, kiem, microbe, zaad, spruiten, uitbotten, knop, zaadkiem, ziektekiem, botten, embryo, foetus, de foetus, vrucht
Verwante woorden
Vertalingen
- zápěstí in het nederlands - pols, handwortel, de pols, polsen, pols te, polsgewricht
- zármutek in het nederlands - ellende, nood, spijt, leedwezen, verdriet, bedroefdheid, bedroeven, ...
- záruka in het nederlands - garantie, afzetting, garant, binding, pion, verzekering, afgeven, ...
- zásada in het nederlands - voorschrift, axioma, basis, beginsel, baseren, grond, grondvlak, ...
Willekeurige woorden
Zárodek in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: oog, kiem, microbe, zaad, spruiten, uitbotten, knop, zaadkiem, ziektekiem, botten, embryo, foetus, de foetus, vrucht
Vertalingen: oog, kiem, microbe, zaad, spruiten, uitbotten, knop, zaadkiem, ziektekiem, botten, embryo, foetus, de foetus, vrucht