Závazek in het nederlands
Vertaling: závazek, Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
kamp, trouw, obligatie, onderpand, deelname, treffen, gevecht, verantwoordelijkheid, schuldenlast, veldslag, plicht, toost, schuld, borgstelling, band, slag, verplichting, inzet, verbintenis, engagement, betrokkenheid
Verwante woorden
Vertalingen
- zával in het nederlands - uiteenvallen, instorten, ineenstorten, eelt, callus, callus te, eeltplek
- závan in het nederlands - adem, zuchtje, poef, pof, windvlaag, vlaag, Gust, ...
- závazný in het nederlands - dwingend, bindend, gedwongen, verplicht, verplichtend, verplichte, de toepassing, ...
- závaží in het nederlands - gewicht, zwaarte, het gewicht, gewicht te, gew, gewicht van
Willekeurige woorden
Závazek in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: kamp, trouw, obligatie, onderpand, deelname, treffen, gevecht, verantwoordelijkheid, schuldenlast, veldslag, plicht, toost, schuld, borgstelling, band, slag, verplichting, inzet, verbintenis, engagement, betrokkenheid
Vertalingen: kamp, trouw, obligatie, onderpand, deelname, treffen, gevecht, verantwoordelijkheid, schuldenlast, veldslag, plicht, toost, schuld, borgstelling, band, slag, verplichting, inzet, verbintenis, engagement, betrokkenheid