Zakládat in het nederlands
Vertaling: zakládat, Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
baseren, funderen, inrichten, grond, grondtal, base, oprichten, gronden, grondslag, grondvesten, grondvlak, basis, stichten, vaststellen, vestigen, post, na, bericht, paal, na de
Verwante woorden
Vertalingen
- zakletí in het nederlands - toverij, vloeken, vloek, cuss, te vloeken, ketteren
- zaklopit in het nederlands - beleggen, bedekken, kaft, deken, deksel, omslag, toedekken, ...
- zaklínadlo in het nederlands - bezwering, bezweringsformule, incantatie, incantation, spreuk
- zaklínat in het nederlands - smeken, smeek, bidden, bid, te smeken
Willekeurige woorden
Zakládat in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: baseren, funderen, inrichten, grond, grondtal, base, oprichten, gronden, grondslag, grondvesten, grondvlak, basis, stichten, vaststellen, vestigen, post, na, bericht, paal, na de
Vertalingen: baseren, funderen, inrichten, grond, grondtal, base, oprichten, gronden, grondslag, grondvesten, grondvlak, basis, stichten, vaststellen, vestigen, post, na, bericht, paal, na de