Zalepit in het nederlands
Vertaling: zalepit, Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
rob, verzegelen, bezegelen, zegel, zeehond, afdichting, seal, verzegeling
Vertalingen
- zakřičet in het nederlands - gillen, gil, gieren, schreeuw, joelen, schreeuwen, roepen, ...
- zalarmovat in het nederlands - rap, waakzaam, onraad, alarm, opgewekt, kras, alarmeren, ...
- zalesnit in het nederlands - woud, bos, hout, bebossen, te bebossen, aanplant, aanplant van, ...
- zalesnění in het nederlands - bebossing, de bebossing, herbebossing, bebossings-, voor bebossing
Willekeurige woorden
Zalepit in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: rob, verzegelen, bezegelen, zegel, zeehond, afdichting, seal, verzegeling
Vertalingen: rob, verzegelen, bezegelen, zegel, zeehond, afdichting, seal, verzegeling