Zamořit in het nederlands
Vertaling: zamořit, Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
verpesten, aansteken, besmetten, vervuiling, infecteren, onveilig maken, teisteren, onveilig
Verwante woorden
Vertalingen
- zamotat in het nederlands - warboel, verwikkeling, betrekken, verwarren, verstrikken, kronkelen, foefje, ...
- zamoření in het nederlands - vervuiling, verontreiniging, besmetting, contaminatie, verontreinigingen
- zamračený in het nederlands - onduidelijk, vaag, bewolkt, troebel, bewolkte, helder, zonnig
- zamračit in het nederlands - versomberen, bewolking, bewolkte, bewolkt, zwaar bewolkt, betrokken
Willekeurige woorden
Zamořit in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: verpesten, aansteken, besmetten, vervuiling, infecteren, onveilig maken, teisteren, onveilig
Vertalingen: verpesten, aansteken, besmetten, vervuiling, infecteren, onveilig maken, teisteren, onveilig