Zima in het nederlands

Vertaling: zima, Woordenboek: tsjechisch » nederlands

Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
bekoelen, koel, kil, kou, koude, winter, koud, verkoudheid, de winter, winters
Zima in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • zhýralý in het nederlands - losbandig, liederlijk, losbandige, verdorven, liederlijke
  • zhýčkat in het nederlands - verknoeien, verwennen, bederven, toetakelen, schenden, havenen, stukmaken, ...
  • zimnice in het nederlands - rillingen, koude rillingen, kou
  • zimní in het nederlands - winter, de winter, winters
Willekeurige woorden
Zima in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: bekoelen, koel, kil, kou, koude, winter, koud, verkoudheid, de winter, winters