Zvítězit in het nederlands
Vertaling: zvítězit, Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
prevaleren, behalen, zegevieren, ritme, verdienen, afranselen, overwinning, slaan, winnen, polsslag, tel, pols, Win, winst, wint
Verwante woorden
Vertalingen
- zvát in het nederlands - inviteren, noden, aanschrijven, uitnodigen, vragen, nodigen, uit te nodigen, ...
- zvážit in het nederlands - wegen, afwegen, overwegen, beschouwen, eens, mening, van mening
- zvíře in het nederlands - dierlijk, zinnelijk, beestachtig, ruw, beest, sensueel, schepsel, ...
- zvířeckost in het nederlands - dierlijkheid
Willekeurige woorden
Zvítězit in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: prevaleren, behalen, zegevieren, ritme, verdienen, afranselen, overwinning, slaan, winnen, polsslag, tel, pols, Win, winst, wint
Vertalingen: prevaleren, behalen, zegevieren, ritme, verdienen, afranselen, overwinning, slaan, winnen, polsslag, tel, pols, Win, winst, wint