Woord: winnen
Categorie: winnen
Hobby's en vrije tijdsbesteding, Kunst en entertainment, Winkelen
Verwante woorden: winnen
auto winnen, fiets winnen, geld winnen, ipad winnen, iphone 5 winnen, kaarten winnen, kaartjes winnen, loterij winnen, prijs winnen, prijzen winnen, tickets winnen, vakantie winnen, wel winnen he, win, winnen antoniemen, winnen baby, winnen betekenis, winnen en co, winnen engels, winnen facebook, winnen grammatica, winnen in google, winnen letters, winnen met leren, winnen met roulette, winnen met weevers, winnen puzzelwoord, winnen synoniem
Synoniem: winnen
zegevieren, behalen, bereiken, verkrijgen, verwerven, verdienen, krijgen, aanwinnen, delven, ontginnen, uithollen, uitgraven, ondermijnen, punten maken, opschrijven, optekenen, aantekenen, aanwerven, inschrijven, aanmonsteren, in dienst nemen, dienst nemen
Puzzelwoord: winnen
Puzzelwoord - Statistieken:
Aantal letters - winnen: 6
Aantal medeklinkers: 4
Aantal klinkers: 2
Aantal letters - winnen: 6
Aantal medeklinkers: 4
Aantal klinkers: 2
Vertalingen: winnen
winnen in het engels
Woordenboek:
engels
Vertalingen:
gain, win, earn, to win, winning, overcome
winnen in het spaans
Woordenboek:
spaans
Vertalingen:
valer, ganancia, merecer, alcanzar, ganar, provecho, vencer, tomar, para ganar, de ganar, en ganar, para ganar un
winnen in het duits
Woordenboek:
duits
Vertalingen:
zunahme, gewinn, erreichen, verstärkung, erlangen, siegen, gewinnen, verdienen, erweiterung, um zu gewinnen, zu gewinnen, gewinnt
winnen in het frans
Woordenboek:
frans
Vertalingen:
aggravation, gagner, gain, fruit, rapporter, lot, augmentation, surcroît, acquérir, renfort, apporter, profit, bénéfice, accroissement, obtenir, amplification, pour gagner, de gagner, à remporter, de remporter
winnen in het italiaans
Woordenboek:
italiaans
Vertalingen:
guadagnare, pervenire, vincere, utile, ingrandimento, conseguire, vantaggio, vincita, prodotto, ottenere, per vincere, a vincere, di vincere, per win
winnen in het portugees
Woordenboek:
portugees
Vertalingen:
vitória, alcançar, abranger, ganhar, salgueiro, auferir, tocar, merecer, ganha, mordaça, proveito, amordaçar, cedo, lucrar, vantagem, ganhamos, para ganhar, para vencer, vencer, de ganhar
winnen in het russisch
Woordenboek:
russisch
Vertalingen:
выгадать, отвоевывать, предпочтение, наживать, победить, получить, выручка, заслуживать, стяжать, заработать, превосходство, приобрести, прославиться, победитель, пожива, заслужить, чтобы выиграть, выиграть, завоевать
winnen in het noors
Woordenboek:
noors
Vertalingen:
fortjeneste, seire, innbringe, få, gagn, vinning, fortjene, gevinst, nå, oppnå, vinne, å vinne, for å vinne, til å vinne, vinner
winnen in het zweeds
Woordenboek:
zweeds
Vertalingen:
vinst, hinna, seger, förtjäna, anlända, segra, vinna, förvärva, nå, räcka, att vinna, vinner, för att vinna, att segra
winnen in het fins
Woordenboek:
fins
Vertalingen:
ulottua, ennättää, tienata, yltää, voitto, päästä, tuotto, kostua, ansaita, hyöty, tulo, voittaa, saavuttaa, ansio, päihittää, lisäys, voittamaan, voittaakseni, voittaakseen
winnen in het deens
Woordenboek:
deens
Vertalingen:
fortjene, opnå, vinde, fortjeneste, få, at vinde, for at vinde, til at vinde, vinder
winnen in het tsjechisch
Woordenboek:
tsjechisch
Vertalingen:
vítězit, získat, zisk, získávat, vyhrát, dobýt, vynést, zvětšení, dosahovat, přijmout, výhra, dosáhnout, zvítězit, přírůstek, vydělávat, zesílení, na výhru, k vítězství
winnen in het pools
Woordenboek:
pools
Vertalingen:
wywalczyć, zaczerpnąć, spieszyć, zasłużyć, zasługiwać, uzyskiwać, zyskać, zwyciężać, osiągać, uzyskanie, uzyskać, zarabiać, zyskanie, zdobyć, intratność, wzrost, wygrać, do wygrania, wygra, aby wygrać
winnen in het hongaars
Woordenboek:
hongaars
Vertalingen:
nyereség, haszon, csapfészek, nyerni, megnyerni, hogy megnyerje, hogy megnyerjük
winnen in het turks
Woordenboek:
turks
Vertalingen:
uzatmak, kazanç, ulaşmak, uzanmak, yarar, yetişmek, kâr, erişmek, kazanmak, kazanmak için, kazanma, kazanan, kazanmaya
winnen in het grieks
Woordenboek:
grieks
Vertalingen:
νικώ, απολαβή, κερδίζω, να κερδίσει, για να κερδίσει, να κερδίσετε, να κερδίσουν, για να κερδίσετε
winnen in het oekraïens
Woordenboek:
oekraïens
Vertalingen:
прославитися, завуалювати, отримувати, перевага, уславитися, заплющувати, вигадати, заслужити, придбати, заробіть, складка, закривати, виручка, щоб виграти
winnen in het albanees
Woordenboek:
albanees
Vertalingen:
fitoj, për të fituar, të fituar, të fitojë, të fitojnë, të fitonte
winnen in het bulgaars
Woordenboek:
bulgaars
Vertalingen:
доход, за да спечели, да спечели, да спечелим, да спечелите, да спечелят
winnen in het wit-russisch
Woordenboek:
wit-russisch
Vertalingen:
адбыцца, прыходзiць, прыстань, каб
winnen in het ests
Woordenboek:
ests
Vertalingen:
saavutama, juurdekasv, pearätik, teenima, kasvama, võita, et võita, võitmiseks
winnen in het kroatisch
Woordenboek:
kroatisch
Vertalingen:
korist, pobijediti, steći, dobit, doseći, postići, ostvariti, dobiju, zaslužiti, uvećanje, zaraditi, osvojiti, za pobjedu, za osvajanje, koji je osvojio
winnen in het ijslands
Woordenboek:
ijslands
Vertalingen:
gagn, ágóði, vinna, afla, að vinna, til að vinna, á að vinna
winnen in het latijn
Woordenboek:
latijn
Vertalingen:
lucror, lucrum
winnen in het litouws
Woordenboek:
litouws
Vertalingen:
laimėjimas, uždirbti, nauda, pasiekti, laimėti, įgyti, nugalėti, ir laimėk, kad laimėti
winnen in het lets
Woordenboek:
lets
Vertalingen:
labums, sasniegt, ieguvums, laimēt, iegūt, lai uzvarētu, uzvarēt, lai iegūtu
winnen in het macedonisch
Woordenboek:
macedonisch
Vertalingen:
за да победи, да се победи, да победи, да победат, за да ја добие
winnen in het roemeens
Woordenboek:
roemeens
Vertalingen:
câştig, să câștige, pentru a câștiga, a câștiga, de a câștiga, a castiga
winnen in het sloveens
Woordenboek:
sloveens
Vertalingen:
profit, zmagati, pridobiti, zmaga, za zmago, na zmago, zmago, osvojiti
winnen in het slovaaks
Woordenboek:
slovaaks
Vertalingen:
profit, získať, zaslúžiť, vyhrať
Populariteit statistieken: winnen
Meest gezocht door steden
Heerhugowaard, Hoorn, Spijkenisse, Leeuwarden, Drachten
Meest gezocht door regios
Friesland, Noord-Brabant, Gelderland, Flevoland, Limburg
Willekeurige woorden