Åverkan in het nederlands

Vertaling: åverkan, Woordenboek: zweeds » nederlands

Brontaal:
zweeds
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
toetakelen, kwetsen, verwoesten, verwonding, nadeel, stukmaken, beschadigen, gebrek, schade, beschadiging, schenden, wond, bederven, defect, blessure, prijs, stamper, knoeien, sabotage, tamper, manipuleren
Åverkan in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • åtta in het nederlands - acht, van acht, de acht
  • åttio in het nederlands - tachtig, en tachtig
  • ö in het nederlands - eiland, ISLAND, EILAND, HET EILAND, EILAND VAN, HET EILAND VAN
  • öde in het nederlands - fortuin, lotsbestemming, verlaten, troosteloos, naargeestig, levenslot, somber, ...
Willekeurige woorden
Åverkan in het nederlands - Woordenboek: zweeds » nederlands
Vertalingen: toetakelen, kwetsen, verwoesten, verwonding, nadeel, stukmaken, beschadigen, gebrek, schade, beschadiging, schenden, wond, bederven, defect, blessure, prijs, stamper, knoeien, sabotage, tamper, manipuleren