Arbete in het nederlands
Vertaling: arbete, Woordenboek: zweeds » nederlands
Brontaal:
zweeds
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
bezigheid, vak, opgave, ambacht, handwerk, werkplek, kwestie, emplooi, probleem, vraagstuk, karwei, bezetting, beroep, bewoning, maken, arbeid, werk, werken, werkzaamheden, het werk, work
Verwante woorden
Vertalingen
- aptitlig in het nederlands - smakelijk, appetijtelijk, smakelijke, eetlustopwekkende, eetlustopwekkend
- arbetare in het nederlands - arbeider, werkman, proletariër, werkkracht, werker, werkster, werknemer, ...
- arbetsam in het nederlands - ijverig, vlijtig, werkzaam, naarstig, arbeidzaam, nijver, ijverige
- arbetsamhet in het nederlands - vlijt, ijver, diligence, zorgvuldigheid, toewijding
Willekeurige woorden
Arbete in het nederlands - Woordenboek: zweeds » nederlands
Vertalingen: bezigheid, vak, opgave, ambacht, handwerk, werkplek, kwestie, emplooi, probleem, vraagstuk, karwei, bezetting, beroep, bewoning, maken, arbeid, werk, werken, werkzaamheden, het werk, work
Vertalingen: bezigheid, vak, opgave, ambacht, handwerk, werkplek, kwestie, emplooi, probleem, vraagstuk, karwei, bezetting, beroep, bewoning, maken, arbeid, werk, werken, werkzaamheden, het werk, work