Ful in het nederlands - Vertaling / Woordenboek zweeds

fukt in het nederlands - vocht, klam, vochtig, vochtigheid, condens, nat, aanslag, ...
fuktig in het nederlands - klam, nat, vochtig, vocht, vochtigheid, mottig, vochtige, ...
full in het nederlands - ophouden, helder, volledig, zuiver, volbrengen, afwerken, geheel, ...
fullborda in het nederlands - besluiten, volbrengen, compleet, puur, voltooien, helder, afsluiten, ...

Willekeurige woorden

bijnaam

bijstaan

collectief in het engels

dampig in het engels

dichten in het engels

run in het engels

toevoeging in het engels

Ful in het nederlands - Woordenboek: zweeds » nederlands
Vertalingen: gemelijk, nurks, nors, afschuwelijk, zuur, onaardig, bars, laag, vreselijk, onheilspellend, lelijk, afgrijselijk, honds, stuurs, lelijke, ugly