Ha in het nederlands
Vertaling: ha, Woordenboek: zweeds » nederlands
Brontaal:
zweeds
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
opnemen, behoren, moeten, accepteren, krijgen, aanvaarden, toucheren, ontvangen, zullen, recipiëren, aannemen, erkennen, opvangen, dienen, genieten, hebben, moet, zijn, heeft
Verwante woorden
Vertalingen
- göra in het nederlands - verloop, creëren, werking, overzetten, treffen, maken, aandoen, ...
- gördel in het nederlands - ceintuur, gordel, riem, band, belt
- hack in het nederlands - inkeping, kerf, keep, kartel, notch, eersteklas, uitsparing
- hacka in het nederlands - kappen, taxi, houwen, hakken, hack, houwer, truc
Willekeurige woorden
Ha in het nederlands - Woordenboek: zweeds » nederlands
Vertalingen: opnemen, behoren, moeten, accepteren, krijgen, aanvaarden, toucheren, ontvangen, zullen, recipiëren, aannemen, erkennen, opvangen, dienen, genieten, hebben, moet, zijn, heeft
Vertalingen: opnemen, behoren, moeten, accepteren, krijgen, aanvaarden, toucheren, ontvangen, zullen, recipiëren, aannemen, erkennen, opvangen, dienen, genieten, hebben, moet, zijn, heeft