Hyra in het nederlands

hypotek in het nederlands - hypotheek, hypothecaire, hypothecair, hypotheken, hypotheekrente
hypotes in het nederlands - veronderstelling, hypothese, hypothese te, hypothese van
hyresgäst in het nederlands - pachter, huurder, huurders, tenant, de huurder
hyreskontrakt in het nederlands - huur, pachten, huren, pacht, huurovereenkomst, leases, huurcontracten, ...

Willekeurige woorden

constructief

construeren

aberratie in het engels

beginsel in het engels

bespoedigen in het engels

gewichtloosheid in het engels

penarie in het engels

Hyra in het nederlands - Woordenboek: zweeds » nederlands
Vertalingen: verhuren, pachten, aanwerven, huren, afhuren, aannemen, scheur, charteren, huur, huurprijs, te huur, verhuur