I in het nederlands

Vertaling: i, Woordenboek: zweeds » nederlands

Brontaal:
zweeds
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
aan, bij, duim, te, binnen, naast, voor, met, nabij, in, dichtbij, op, per, in de, in het
I in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • hövding in het nederlands - hoofd-, kapitaal, patroon, gebieder, heer, voornaamste, chef, ...
  • hövlig in het nederlands - wellevend, welgemanierd, beschaafd, hoffelijk, heus, galant, beleefd, ...
  • iakttaga in het nederlands - opvolgen, ontdekken, waarnemen, in acht nemen, opmerken, observeren, acht
  • ibland in het nederlands - soms, eens, af en toe, nu en dan, zo nu, Af en, zo nu en
Willekeurige woorden
I in het nederlands - Woordenboek: zweeds » nederlands
Vertalingen: aan, bij, duim, te, binnen, naast, voor, met, nabij, in, dichtbij, op, per, in de, in het