Kasta in het nederlands

Vertaling: kasta, Woordenboek: zweeds » nederlands

Brontaal:
zweeds
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
gooi, bedeesd, werpen, gooien, opgooien, bevangen, blo, timide, vorm, beschroomd, afgietsel, slingeren, keilen, uitspelen, schuw, verlegen, gegoten, gieten, geworpen, wierp
Kasta in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • kassör in het nederlands - kashouder, muntmeester, kassier, penningmeester, schatbewaarder, Treasurer, de Penningmeester, ...
  • kast in het nederlands - worp, opgooien, keilen, smijten, werpen, gooi, uitspelen, ...
  • kastanj in het nederlands - kastanje, paardekastanje, chestnut, kastanjebomen, kastanjepasta, de kastanje
  • kastanje in het nederlands - paardekastanje, kastanje, chestnut, kastanjebomen, kastanjepasta, de kastanje
Willekeurige woorden
Kasta in het nederlands - Woordenboek: zweeds » nederlands
Vertalingen: gooi, bedeesd, werpen, gooien, opgooien, bevangen, blo, timide, vorm, beschroomd, afgietsel, slingeren, keilen, uitspelen, schuw, verlegen, gegoten, gieten, geworpen, wierp