Snara in het nederlands
Vertaling: snara, Woordenboek: zweeds » nederlands
Brontaal:
zweeds
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
klem, arglist, opening, bek, afgrond, hinderlaag, val, valstrik, slag, muil, strik, snaar, strikken, snare
Verwante woorden
Vertalingen
- snabel in het nederlands - boomstam, stam, olifantssnuit, slurf, romp, tromp, snuit, ...
- snar in het nederlands - snel, gezwind, nauwkeurig, spoedig, prompt, gauw, onmiddellijk, ...
- snarka in het nederlands - snorken, snurken, knorren, ronken, het snurken, snurkende, met snurken, ...
- snart in het nederlands - weldra, haast, dra, alras, spoedig, gauw, welhaast, ...
Willekeurige woorden
Snara in het nederlands - Woordenboek: zweeds » nederlands
Vertalingen: klem, arglist, opening, bek, afgrond, hinderlaag, val, valstrik, slag, muil, strik, snaar, strikken, snare
Vertalingen: klem, arglist, opening, bek, afgrond, hinderlaag, val, valstrik, slag, muil, strik, snaar, strikken, snare