Spå in het nederlands
Vertaling: spå, Woordenboek: zweeds » nederlands
Brontaal:
zweeds
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
geestelijke, waarzeggen, voorspellen, voorzeggen, goddelijk, beduiden, te voorspellen, voorspellen van, voorspeld, voorspel
Verwante woorden
Vertalingen
- spänne in het nederlands - spang, gespen, vastgespen, dichtgespen, gesp, sluiting, buckle, ...
- spänning in het nederlands - beklemtonen, accentueren, voltage, spanning, de spanning
- spår in het nederlands - spoor, afdruk, uittekenen, voetspoor, rail, trekken, afbakenen, ...
- spåra in het nederlands - schaduwbeeld, aftekenen, voetspoor, spoor, trekken, overblijfsel, schaduw, ...
Willekeurige woorden
Spå in het nederlands - Woordenboek: zweeds » nederlands
Vertalingen: geestelijke, waarzeggen, voorspellen, voorzeggen, goddelijk, beduiden, te voorspellen, voorspellen van, voorspeld, voorspel
Vertalingen: geestelijke, waarzeggen, voorspellen, voorzeggen, goddelijk, beduiden, te voorspellen, voorspellen van, voorspeld, voorspel