Stöt in het nederlands

Vertaling: stöt, Woordenboek: zweeds » nederlands

Brontaal:
zweeds
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
behalen, ruk, mep, botsing, tik, aanrijding, dichtslaan, schok, bereiken, duwen, stoten, intrappen, opvallen, kloppen, kwetsen, houwen, schokken, shock, schok te, schokken te
Stöt in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • stör in het nederlands - interfereert, ingrijpt, hinder meebrengt
  • störa in het nederlands - schenden, rust, verstoren, verbreken, pauze, opening, hinderen, ...
  • stöta in het nederlands - zitvlak, achterste, bips, kont, sigaret, doel, mikpunt, ...
  • stövel in het nederlands - laars, bagageruimte, boot, opstarten, opstart
Willekeurige woorden
Stöt in het nederlands - Woordenboek: zweeds » nederlands
Vertalingen: behalen, ruk, mep, botsing, tik, aanrijding, dichtslaan, schok, bereiken, duwen, stoten, intrappen, opvallen, kloppen, kwetsen, houwen, schokken, shock, schok te, schokken te