Träta in het nederlands

Vertaling: träta, Woordenboek: zweeds » nederlands

Brontaal:

zweeds

Doeltaal:

nederlands

Vertalingen:

kiften, twistgesprek, redetwist, bespreken, kijven, ruzie, krakelen, kwestie, herrie, twist, heibel, twisten, redetwisten, strijd, disputeren, dispuut, Brawl, vechtpartij, vechtpartij in, Brawl van

Verwante woorden

kiften in het zweeds

twistgesprek in het zweeds

redetwist in het zweeds

bespreken in het zweeds

kijven in het zweeds

ruzie in het zweeds

krakelen in het zweeds

kwestie in het zweeds

herrie in het zweeds

twist in het zweeds

heibel in het zweeds

twisten in het zweeds

redetwisten in het zweeds

strijd in het zweeds

disputeren in het zweeds

dispuut in het zweeds

Vertalingen

träning in het nederlands - opleiding, trainen, training, opleidingen, de opleiding
träsk in het nederlands - ven, moer, drasland, broek, moeras, Swamp, het Moeras, ...
tråd in het nederlands - draad, snoer, garen, stranden, wire, kabel, draads, ...
tråkig in het nederlands - vervelend, saai, melig, boren, vermoeiend, taai, dof, ...

Willekeurige woorden

inleidend in het engels

koopman in het engels

Träta in het nederlands - Woordenboek: zweeds » nederlands
Vertalingen: kiften, twistgesprek, redetwist, bespreken, kijven, ruzie, krakelen, kwestie, herrie, twist, heibel, twisten, redetwisten, strijd, disputeren, dispuut, Brawl, vechtpartij, vechtpartij in, Brawl van