Trång in het nederlands
Vertaling: trång, Woordenboek: zweeds » nederlands
Brontaal:
zweeds
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
min, benauwd, vrekkig, nauw, klein, eng, luttel, krap, bekrompen, gering, inhalig, streng, strak, gierig, pinnig, nauwsluitend, smal, smalle, nauwe, enge, verklein de
Verwante woorden
Vertalingen
- tråd in het nederlands - draad, snoer, garen, stranden, wire, kabel, draads, ...
- tråkig in het nederlands - vervelend, saai, melig, boren, vermoeiend, taai, dof, ...
- trög in het nederlands - kleverig, taai, viskeuze, visceuze, viskeus
- tröska in het nederlands - afrossen, dorsen, afranselen, dors, dorstet, thresh
Willekeurige woorden
Trång in het nederlands - Woordenboek: zweeds » nederlands
Vertalingen: min, benauwd, vrekkig, nauw, klein, eng, luttel, krap, bekrompen, gering, inhalig, streng, strak, gierig, pinnig, nauwsluitend, smal, smalle, nauwe, enge, verklein de
Vertalingen: min, benauwd, vrekkig, nauw, klein, eng, luttel, krap, bekrompen, gering, inhalig, streng, strak, gierig, pinnig, nauwsluitend, smal, smalle, nauwe, enge, verklein de