Upphöra in het nederlands

Vertaling: upphöra, Woordenboek: zweeds » nederlands

Brontaal:

zweeds

Doeltaal:

nederlands

Vertalingen:

stoppen, aflaten, eindigen, uitscheiden, beëindigen, ophouden, volbrengen, afmaken, besluiten, afsluiten, aantikken, afwerken, uitmaken, staken, voltooien, einde, eind, uiteinde, end, afloop

Verwante woorden

stoppen in het zweeds

aflaten in het zweeds

eindigen in het zweeds

uitscheiden in het zweeds

beëindigen in het zweeds

ophouden in het zweeds

volbrengen in het zweeds

afmaken in het zweeds

besluiten in het zweeds

afsluiten in het zweeds

aantikken in het zweeds

afwerken in het zweeds

uitmaken in het zweeds

staken in het zweeds

voltooien in het zweeds

Vertalingen

upphov in het nederlands - oorsprong, afkomst, bron, wortel, aanslaan, intrede, bedenker, ...
upphäva in het nederlands - afschaffing, verheffen, afbestellen, beuren, oprichten, fokken, opgraven, ...
uppköp in het nederlands - aankoop, aanschaf, overname, aanschaffen, aankopen, inkoop, gekochte, ...
uppköpa in het nederlands - gekochte, aankoop, overname, inkoop, overnemen, koop, inkopen, ...

Willekeurige woorden

geaardheid in het engels

inhoud in het engels

metselaar in het engels

Upphöra in het nederlands - Woordenboek: zweeds » nederlands
Vertalingen: stoppen, aflaten, eindigen, uitscheiden, beëindigen, ophouden, volbrengen, afmaken, besluiten, afsluiten, aantikken, afwerken, uitmaken, staken, voltooien, einde, eind, uiteinde, end, afloop