Besturen in english

Translation: besturen, Dictionary: dutch » english

Source language:
dutch
Target language:
english
Translations:
fly, manage, guide, care, lead, rule, administer, deal, govern, drive, steer, control, direct, conduct, handle
Besturen in english
Related words

Synonyms & Translations: besturen

run
  • lopen
  • voeren
  • rennen
  • stromen
  • lekken
  • besturen
rule
  • regeren
  • heersen
  • beslissen
  • beheersen
  • besturen
  • liniĆ«ren
sail
  • varen
  • zeilen
  • verzeilen
  • uitzeilen
  • uitvaren
  • besturen
drive
  • drijven
  • besturen
  • aandrijven
  • voortdrijven
  • autorijden
  • auto rijden
guide
  • leiden
  • geleiden
  • besturen
  • richten
  • dirigeren
  • mennen
pilot
  • besturen
  • loodsen
  • sturen
  • geleiden
  • binnenbrengen
steer
  • sturen
  • besturen
  • richten
  • dirigeren
  • mennen
  • lokken
direct
  • richten
  • leiden
  • dirigeren
  • mikken
  • besturen
  • voorschrijven
govern
  • regeren
  • besturen
  • leiden
  • heersen
  • aanvoeren
manage
  • beheren
  • besturen
  • administreren
  • leiden
  • hanteren
  • regeren
master
  • overmeesteren
  • zich meester maken van
  • meester worden
  • onder de knie krijgen
  • te boven komen
  • besturen
conduct
  • leiden
  • geleiden
  • de weg wijzen
  • aanvoeren
  • optreden
  • besturen
control
  • controleren
  • besturen
  • bedwingen
  • beheren
navigate
  • navigeren
  • bevaren
  • varen op
  • besturen
  • sturen
  • varen
administer
  • beheren
  • toedienen
  • administreren
  • uitvoeren
  • afnemen
  • besturen

Translations

  • bestseller in english - craze, best seller, bestselling
  • bestuderen in english - study, studying, examine, to study, consider
  • bestuur in english - direction, rule, reign, disposal, stage, administration, control, ...
  • bestuurder in english - conductor, director, manager, driver, chauffeur, pilot, administrator
Random words
Besturen in english - Dictionary: dutch » english
Translations: fly, manage, guide, care, lead, rule, administer, deal, govern, drive, steer, control, direct, conduct, handle