Âge en néerlandais
Traduction: âge, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
tijdperk, ouderdom, tijdsgewricht, leeftijd, jaar, de leeftijd
Autres langues
Mots associés / Définition (def): âge
le moyen âge, moyen age, moyen âge, page blanche, page jaune, âge dictionnaire de langue néerlandais, âge en néerlandais
Traductions
- âcre en néerlandais - wakker, bitterheid, nors, onaardig, scherp, levendig, honds, ...
- âcreté en néerlandais - bitsheid, scherpheid, scherpte, scherpe smaak, pungency
- âgé en néerlandais - aloud, vergevorderd, voorafgaand, antiek, bejaard, vroeger, vorig, ...
- âme en néerlandais - verstand, snuiter, blinde, intellect, verschijning, persoon, kerel, ...
Mots aléatoires
Âge en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: tijdperk, ouderdom, tijdsgewricht, leeftijd, jaar, de leeftijd
Traductions: tijdperk, ouderdom, tijdsgewricht, leeftijd, jaar, de leeftijd