Échoir en néerlandais
Traduction: échoir, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
schemerdonker, herfst, versmachten, schemering, verschieten, val, verscheiden, vallen, neervallen, neerdaling, afvallen, verlopen, eindigen, storten, aflopen, doodgaan, volwassen, rijp, rijpe, oudere, volgroeide
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): échoir
a échoir, conjugaison échoir, définition à échoir, définition échoir, terme échoir, échoir dictionnaire de langue néerlandais, échoir en néerlandais
Traductions
- échiquier en néerlandais - schaakbord, schaak bord, chessboard, een schaak bord
- écho en néerlandais - inlichten, berichten, echoën, bescheid, verwittigen, exposé, mededelen, ...
- échois en néerlandais - aflopen, eindigen, uitraken, verscheiden, ophouden, verlopen, sterven, ...
- échoissez en néerlandais - sterven, ophouden, verscheiden, doodgaan, eindigen, verlopen, versmachten, ...
Mots aléatoires
Échoir en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: schemerdonker, herfst, versmachten, schemering, verschieten, val, verscheiden, vallen, neervallen, neerdaling, afvallen, verlopen, eindigen, storten, aflopen, doodgaan, volwassen, rijp, rijpe, oudere, volgroeide
Traductions: schemerdonker, herfst, versmachten, schemering, verschieten, val, verscheiden, vallen, neervallen, neerdaling, afvallen, verlopen, eindigen, storten, aflopen, doodgaan, volwassen, rijp, rijpe, oudere, volgroeide