Étroit en néerlandais
Traduction: étroit, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
kanaal, klein, gierig, schraperig, straat, benauwd, zee-engte, min, bekrompen, nauwsluitend, inhalig, krap, gering, karig, hebzuchtig, vrekkig, dicht, dichtbij, sluiten, nauw, de buurt
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): étroit
canal cervical étroit, canal lombaire etroit, canal étroit, canal étroit lombaire, détroit de malacca, étroit dictionnaire de langue néerlandais, étroit en néerlandais
Traductions
- étriper en néerlandais - darm, gut, darmen, uithalen
- étriqué en néerlandais - min, sprietig, schraal, klein, karig, gering, smal, ...
- étroitement en néerlandais - stipt, nabij, hebzuchtig, dichtbij, toedoen, strak, dichtdoen, ...
- étroitesse en néerlandais - bekrompenheid, smalheid, nauwheid, beperktheid, smalle
Mots aléatoires
Étroit en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: kanaal, klein, gierig, schraperig, straat, benauwd, zee-engte, min, bekrompen, nauwsluitend, inhalig, krap, gering, karig, hebzuchtig, vrekkig, dicht, dichtbij, sluiten, nauw, de buurt
Traductions: kanaal, klein, gierig, schraperig, straat, benauwd, zee-engte, min, bekrompen, nauwsluitend, inhalig, krap, gering, karig, hebzuchtig, vrekkig, dicht, dichtbij, sluiten, nauw, de buurt