Évidence en néerlandais
Traduction: évidence, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
waarmaken, staven, bewijzen, getuigenis, adstrueren, teken, bewijsmateriaal, bewijs, aanwijzingen, gegevens
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): évidence
comme une évidence, de toute évidence, définition évidence, evidence, grand corps malade, évidence dictionnaire de langue néerlandais, évidence en néerlandais
Traductions
- éviction en néerlandais - uitzetting, ontruiming, verdrijving, huisuitzetting, eviction
- évidemment en néerlandais - voorgoed, uitgesproken, louter, zuiver, uiteraard, klaarblijkelijk, blijkbaar, ...
- évident en néerlandais - zichtbaar, openmaken, opendoen, manifesteren, openlijk, evident, open, ...
- évider en néerlandais - ledig, holte, hol, ingevallen, schep, uitscheppen, uitscheppen en, ...
Mots aléatoires
Évidence en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: waarmaken, staven, bewijzen, getuigenis, adstrueren, teken, bewijsmateriaal, bewijs, aanwijzingen, gegevens
Traductions: waarmaken, staven, bewijzen, getuigenis, adstrueren, teken, bewijsmateriaal, bewijs, aanwijzingen, gegevens