Ascension en néerlandais
Traduction: ascension, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
klauteren, montage, stijging, vordering, opstand, zetting, bevordering, opslag, klimmen, opklimmend, vooruitgang, beklimming, opstaan, voortgang, onlusten, hemelvaart, Ascension, ascensie, ascentie
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): ascension
ascension 2011, ascension 2012, ascension 2013, ascension 2014, ascension antonymes, ascension dictionnaire de langue néerlandais, ascension en néerlandais
Traductions
- ascendants en néerlandais - bloedverwanten in opgaande lijn, ascendenten, bloedverwanten in opgaande, opgaande
- ascenseur en néerlandais - verhogen, ophalen, optillen, ophogen, opslaan, dresseren, hijsen, ...
- ascensionniste en néerlandais - bergbeklimmer, alpinist, klimmer, climber, De klimmer, klimmer van, De klimmer van
- ascèse en néerlandais - ascetisme, ascese, de ascese, asceticism, ascetische
Mots aléatoires
Ascension en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: klauteren, montage, stijging, vordering, opstand, zetting, bevordering, opslag, klimmen, opklimmend, vooruitgang, beklimming, opstaan, voortgang, onlusten, hemelvaart, Ascension, ascensie, ascentie
Traductions: klauteren, montage, stijging, vordering, opstand, zetting, bevordering, opslag, klimmen, opklimmend, vooruitgang, beklimming, opstaan, voortgang, onlusten, hemelvaart, Ascension, ascensie, ascentie