Assistent en néerlandais
Traduction: assistent, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
baten, assistentie, hulp, helpen, helper, bijstand, bijstaan, assistent, toedoen, toeverlaat, assisteren, heul, bijwonen, het bijwonen van, het bijwonen, bijwonen van, behandelend
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): assistent
assistant d'education, assistant manager, assistant social, assistent 50, assistent a leur enterrement, assistent dictionnaire de langue néerlandais, assistent en néerlandais
Traductions
- assistant en néerlandais - bekommernis, helpen, toedoen, altaardienaar, aanhanger, dochteronderneming, bijbehorend, ...
- assiste en néerlandais - assists, assisteert, helpt, Assistenties, voorzetten
- assister en néerlandais - voeding, ondersteunen, assistent, zorgvuldigheid, helper, baten, stut, ...
- assistez en néerlandais - assistent, assistentie, toeverlaat, hulp, helper, helpen, baten, ...
Mots aléatoires
Assistent en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: baten, assistentie, hulp, helpen, helper, bijstand, bijstaan, assistent, toedoen, toeverlaat, assisteren, heul, bijwonen, het bijwonen van, het bijwonen, bijwonen van, behandelend
Traductions: baten, assistentie, hulp, helpen, helper, bijstand, bijstaan, assistent, toedoen, toeverlaat, assisteren, heul, bijwonen, het bijwonen van, het bijwonen, bijwonen van, behandelend