Aventurer en néerlandais
Traduction: aventurer, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
toevallig, toeval, incidenteel, tref, weddenschap, aandurven, risico's, wederwaardigheid, dobbelen, waagstuk, onraad, avontuur, heipaal, wagen, paal, risico, onderneming, samenwerkingsverband, risicokapitaal
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): aventurer
adventurer 2, adventurer 86sbs, adventurer camper, adventurer journal diablo 3, adventurer wildwood, aventurer dictionnaire de langue néerlandais, aventurer en néerlandais
Traductions
- avent en néerlandais - advent, Advent, komst, opkomst, de Advent, van de komst
- aventure en néerlandais - lotgeval, ding, avontuur, wederwaardigheid, perikel, spul, affaire, ...
- aventureux en néerlandais - brutaal, uitdaging, riskant, gewaagd, bedenkelijk, stoutmoedigheid, stoutmoedig, ...
- aventurier en néerlandais - avonturier, adventurer, avonturiers
Mots aléatoires
Aventurer en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: toevallig, toeval, incidenteel, tref, weddenschap, aandurven, risico's, wederwaardigheid, dobbelen, waagstuk, onraad, avontuur, heipaal, wagen, paal, risico, onderneming, samenwerkingsverband, risicokapitaal
Traductions: toevallig, toeval, incidenteel, tref, weddenschap, aandurven, risico's, wederwaardigheid, dobbelen, waagstuk, onraad, avontuur, heipaal, wagen, paal, risico, onderneming, samenwerkingsverband, risicokapitaal