Certificat en néerlandais
Traduction: certificat, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
brevet, uittreksel, bewijzen, vormsel, adstrueren, voorlichten, receptie, ontvangst, aanneming, reportage, exposé, kwitantie, bekentenis, rapport, staven, bul, certificaat, attest, getuigschrift, verklaring
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): certificat
cerfa, certificat antonymes, certificat cession, certificat cession vehicule, certificat cession véhicule, certificat dictionnaire de langue néerlandais, certificat en néerlandais
Traductions
- certifiant en néerlandais - certificerende, certificerend, certificeringsautoriteit, certificeringspersoneel, verklarende
- certification en néerlandais - bewijs, bevoegdheidsverklaring, getuigschrift, certificaat, certificering, certificatie, Certification, ...
- certifie en néerlandais - verklaart, certificeert, certificeren, uitwijst, een attest
Mots aléatoires
Certificat en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: brevet, uittreksel, bewijzen, vormsel, adstrueren, voorlichten, receptie, ontvangst, aanneming, reportage, exposé, kwitantie, bekentenis, rapport, staven, bul, certificaat, attest, getuigschrift, verklaring
Traductions: brevet, uittreksel, bewijzen, vormsel, adstrueren, voorlichten, receptie, ontvangst, aanneming, reportage, exposé, kwitantie, bekentenis, rapport, staven, bul, certificaat, attest, getuigschrift, verklaring