Contexte en néerlandais
Traduction: contexte, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
achtergrond, omstandigheid, verband, samenhang, context, kader
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): contexte
contexte antonymes, contexte artistique, contexte définition, contexte grammaire, contexte historique, contexte dictionnaire de langue néerlandais, contexte en néerlandais
Traductions
- contestés en néerlandais - uitgedaagd, daagde, aangevochten, betwist, bestreden
- conteur en néerlandais - verteller, verhalenverteller, storyteller
- contiennent en néerlandais - inhouden, bevatten, behelzen, bevat, te bevatten, verwezen
- contiens en néerlandais - inhouden, behelzen, bevatten, bevat, Inhoud, basispapier bevat, Ons basispapier bevat, ...
Mots aléatoires
Contexte en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: achtergrond, omstandigheid, verband, samenhang, context, kader
Traductions: achtergrond, omstandigheid, verband, samenhang, context, kader