Inclinaison en néerlandais
Traduction: inclinaison, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
neiging, harken, schemerdonker, stroming, vallen, schuinte, schemer, ver, mate, rol, gesteldheid, verschieten, twist, aanleg, aanharken, status, kantelen, tilt, huif, kanteling, schuine stand
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): inclinaison
inclinaison antonymes, inclinaison de la terre, inclinaison définition, inclinaison en anglais, inclinaison grammaire, inclinaison dictionnaire de langue néerlandais, inclinaison en néerlandais
Traductions
- inclina en néerlandais - gezind, geneigd, genegen, gebogen, boog, bogen, boog zich, ...
- inclinai en néerlandais - genegen, geneigd, gezind, gebogen, boog, bogen, boog zich, ...
- inclinant en néerlandais - kantelen, kantelbare, kantelende, kanteling, kantelbaar
- inclination en néerlandais - handigheid, niveau, indopen, aanharken, peil, krom, aanvechting, ...
Mots aléatoires
Inclinaison en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: neiging, harken, schemerdonker, stroming, vallen, schuinte, schemer, ver, mate, rol, gesteldheid, verschieten, twist, aanleg, aanharken, status, kantelen, tilt, huif, kanteling, schuine stand
Traductions: neiging, harken, schemerdonker, stroming, vallen, schuinte, schemer, ver, mate, rol, gesteldheid, verschieten, twist, aanleg, aanharken, status, kantelen, tilt, huif, kanteling, schuine stand