Indisposer en néerlandais
Traduction: indisposer, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
bedremmeld, verwarring, beduusd, beteuterd, ongunstig stemmen tegenover, ongunstig stemmen
Autres langues
Mots associés / Définition (def): indisposer
indisposer antonymes, indisposer deux fois dans le mois, indisposer définition, indisposer femme, indisposer grammaire, indisposer dictionnaire de langue néerlandais, indisposer en néerlandais
Traductions
- indispensablement en néerlandais - indispensably, onmisbare, onontkoombaar, welke onontbeerlijk
- indisponible en néerlandais - niet beschikbaar, onbeschikbaar, beschikbaar, niet beschikbaar is, beschikbaar is
- indisposition en néerlandais - misselijkheid, aandoening, ziekte, kwaal, ongesteldheid, verhindering, onwel, ...
- indisposé en néerlandais - onwel, aangestoken, wormstekig, wrak, wormig, gammel, bouwvallig, ...
Mots aléatoires
Indisposer en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: bedremmeld, verwarring, beduusd, beteuterd, ongunstig stemmen tegenover, ongunstig stemmen
Traductions: bedremmeld, verwarring, beduusd, beteuterd, ongunstig stemmen tegenover, ongunstig stemmen