Interférence en néerlandais
Traduction: interférence, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
overlappen, storing, inmenging, beletsel, interferentie, storingen, interferentie te
Autres langues
Mots associés / Définition (def): interférence
définition interférence, interférence antonymes, interférence arn, interférence constructive, interférence constructive et destructive, interférence dictionnaire de langue néerlandais, interférence en néerlandais
Traductions
- interface en néerlandais - interface van
- interjection en néerlandais - tussenwerpsel, uitroep, interjectie, tussenwerpsels
- interligne en néerlandais - afstand van elkaar, uit elkaar, elkaar geplaatste, gespreid, uit elkaar geplaatste
Mots aléatoires
Interférence en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: overlappen, storing, inmenging, beletsel, interferentie, storingen, interferentie te
Traductions: overlappen, storing, inmenging, beletsel, interferentie, storingen, interferentie te