Invités en néerlandais
Traduction: invités, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
gasten, de gasten, u, gasten van, personen
Autres langues
Mots associés / Définition (def): invités
cadeau invités, cadeaux invités, cadeaux mariage, cadeaux mariage invités, grand journal, invités dictionnaire de langue néerlandais, invités en néerlandais
Traductions
- invitée en néerlandais - logé, uitgenodigd, nodigde, uitgenodigde, verzocht, gevraagd
- invitées en néerlandais - uitgenodigd, nodigde, uitgenodigde, verzocht, gevraagd
- invivable en néerlandais - onleefbaar, unlivable, onbewoonbaar, onleefbare, onbewoonbare
- invocation en néerlandais - aanroeping, beroep, aanroep, inroepen, aanroepen
Mots aléatoires
Invités en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: gasten, de gasten, u, gasten van, personen
Traductions: gasten, de gasten, u, gasten van, personen