Montée en néerlandais

Traduction: montée, Dictionnaire: français » néerlandais

Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
spits, piek, summum, toppunt, dresseren, oprichten, heffen, tip, opstand, beuren, onlusten, lift, topje, ophalen, ophogen, kruin, stijgen, rijzen, opstaan, verrijzen, toenemen
Montée en néerlandais
Mots associés
Autres langues

Mots associés / Définition (def): montée

la montée, montée antonymes, montée de lait, montée de lait douloureuse, montée des eaux, montée dictionnaire de langue néerlandais, montée en néerlandais

Traductions

  • montèrent en néerlandais - ging, gingen, gegaan
  • monté en néerlandais - gemonteerd, gemonteerde, bevestigd, aangebracht, geplaatst
  • montées en néerlandais - gemonteerd, gemonteerde, bevestigd, aangebracht, geplaatst
  • monténégrin en néerlandais - Montenegrijnse, Montenegrijns, montenegro, van montenegro, de Montenegrijnse
Mots aléatoires
Montée en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: spits, piek, summum, toppunt, dresseren, oprichten, heffen, tip, opstand, beuren, onlusten, lift, topje, ophalen, ophogen, kruin, stijgen, rijzen, opstaan, verrijzen, toenemen