Négocient en néerlandais
Traduction: négocient, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
handeldrijven, handelen, onderhandelen, onderhandelen over, te onderhandelen, onderhandelingen, te onderhandelen over
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): négocient
ils négocient, negociant voiture, négocient antonymes, négocient grammaire, négocient mots croisés, négocient dictionnaire de langue néerlandais, négocient en néerlandais
Traductions
- négociation en néerlandais - tweegesprek, tweespraak, dialoog, onderhandeling, onderhandelingen, onderhandelingen over, onderhandelen, ...
- négocie en néerlandais - onderhandelt
- négocier en néerlandais - mennen, wandel, besturen, voeren, behandelen, geleiden, leiden, ...
- négociez en néerlandais - handeldrijven, handelen, onderhandelen, onderhandelen over, te onderhandelen, onderhandelingen, te onderhandelen over
Mots aléatoires
Négocient en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: handeldrijven, handelen, onderhandelen, onderhandelen over, te onderhandelen, onderhandelingen, te onderhandelen over
Traductions: handeldrijven, handelen, onderhandelen, onderhandelen over, te onderhandelen, onderhandelingen, te onderhandelen over