Naviguer en néerlandais
Traduction: naviguer, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
zeilen, vliegen, dirigeren, vlieg, navigeren, mennen, linnen, velum, drijven, zwemmen, vlotten, dobberen, aanvliegen, richten, doek, os, te navigeren, Navigeer, navigeert, varen
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): naviguer
apprendre a naviguer, apprendre naviguer, apprendre à naviguer, comment naviguer, conjugaison naviguer, naviguer dictionnaire de langue néerlandais, naviguer en néerlandais
Traductions
- navigue en néerlandais - afvaart, zeilend, het zeilen, zeilen, zeil
- naviguent en néerlandais - navigeren, afvaart, zeilend, het zeilen, zeilen, zeil
- naviguez en néerlandais - navigeren, blader, bladeren, doorbladeren, surfen, te bladeren
- naviguons en néerlandais - navigeren, afvaart, zeilend, het zeilen, zeilen, zeil
Mots aléatoires
Naviguer en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: zeilen, vliegen, dirigeren, vlieg, navigeren, mennen, linnen, velum, drijven, zwemmen, vlotten, dobberen, aanvliegen, richten, doek, os, te navigeren, Navigeer, navigeert, varen
Traductions: zeilen, vliegen, dirigeren, vlieg, navigeren, mennen, linnen, velum, drijven, zwemmen, vlotten, dobberen, aanvliegen, richten, doek, os, te navigeren, Navigeer, navigeert, varen