Prévit en néerlandais
Traduction: prévit, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
voorzag, voorzagen, voorzag in
Autres langues
Mots associés / Définition (def): prévit
elle prévoit, il prévoit, philippe prévit, prévit antonymes, prévit grammaire, prévit dictionnaire de langue néerlandais, prévit en néerlandais
Traductions
- prévisible en néerlandais - voorspelbaar, voorspelbare, voorspelbaarder, voorspelbaar is, voorspelbaar zijn
- prévision en néerlandais - voorspellen, afwachting, waarzeggen, verwachting, prognose, voorzeggen, voorspelling, ...
- prévoient en néerlandais - voorzien, verwachten, vooruitzien, verschaffen, verstrekken, zorgen voor, voorzien van
- prévoir en néerlandais - project, voorspellen, prejudiciëren, vooruitlopen, voorspelling, beramen, strekking, ...
Mots aléatoires
Prévit en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: voorzag, voorzagen, voorzag in
Traductions: voorzag, voorzagen, voorzag in