Répartissez en néerlandais
Traduction: répartissez, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
schiften, splitsen, afzonderen, afbreken, afscheiden, kloven, splijten, doorklieven, verdelen, scheuren, afwateringsgebied, scheiden, opsplitsen, delen, kloof, verdeel
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): répartissez
répartissez antonymes, répartissez grammaire, répartissez mots croisés, répartissez signification, répartissez synonyme, répartissez dictionnaire de langue néerlandais, répartissez en néerlandais
Traductions
- répartissant en néerlandais - verspreiding, verspreiden, verspreiden van, het verspreiden, het verspreiden van
- répartissent en néerlandais - delen, opsplitsen, scheuren, afscheiden, afzonderen, schiften, verdelen, ...
- répartissons en néerlandais - scheiden, afwateringsgebied, opsplitsen, schiften, afscheiden, afbreken, afzonderen, ...
- répartit en néerlandais - distribueert, verdeelt, verspreidt, produceert verdeelt
Mots aléatoires
Répartissez en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: schiften, splitsen, afzonderen, afbreken, afscheiden, kloven, splijten, doorklieven, verdelen, scheuren, afwateringsgebied, scheiden, opsplitsen, delen, kloof, verdeel
Traductions: schiften, splitsen, afzonderen, afbreken, afscheiden, kloven, splijten, doorklieven, verdelen, scheuren, afwateringsgebied, scheiden, opsplitsen, delen, kloof, verdeel