Réveiller en néerlandais
Traduction: réveiller, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
opgewekt, heffen, tillen, irriteren, kweken, wakker, ophitsen, opfokken, aanstoken, kwiek, levendig, opslaan, opdrijven, opwekken, dresseren, oprichten, wakker worden, wekken, wakker maken, ontwaken
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): réveiller
bien se réveiller, comment se réveiller, conjugaison réveiller, réveiller anglais, réveiller antonymes, réveiller dictionnaire de langue néerlandais, réveiller en néerlandais
Traductions
- réveille en néerlandais - werd wakker, wakker, wakker werd, ontwaakte, ontwaakten
- réveillent en néerlandais - opwekken, wekken, wakker worden, wakker maken, ontwaken, wakker
- réveillez en néerlandais - opwekken, wekken, wakker worden, wakker maken, ontwaken, wakker
- réveillons en néerlandais - opwekken, wekken, wakker worden, wakker maken, ontwaken, wakker
Mots aléatoires
Réveiller en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: opgewekt, heffen, tillen, irriteren, kweken, wakker, ophitsen, opfokken, aanstoken, kwiek, levendig, opslaan, opdrijven, opwekken, dresseren, oprichten, wakker worden, wekken, wakker maken, ontwaken
Traductions: opgewekt, heffen, tillen, irriteren, kweken, wakker, ophitsen, opfokken, aanstoken, kwiek, levendig, opslaan, opdrijven, opwekken, dresseren, oprichten, wakker worden, wekken, wakker maken, ontwaken