Ruissellement en néerlandais - Traduction / Dictionnaire français

Traduction: ruissellement, Dictionnaire: français » néerlandais

Langue de départ:

français

Langue d'arrivée:

néerlandais

Traductions:

afwatering, runoff, afvoer, afvalmateriaal, afspoeling, afstroming

Mots associés

afwatering en français

Autres langues

Mots associés / Définition (def): ruissellement

coefficient de ruissellement, eau de ruissellement, eaux de ruissellement, ruissellement agricole, ruissellement antonymes, ruissellement dictionnaire de langue néerlandais, ruissellement en néerlandais

Traductions

ruisseler en néerlandais - slik, modder, slib, lik, stortregenen, gieten, slijk, ...
ruisselet en néerlandais - beekje, ril, rill, vlieten
rumen en néerlandais - achterlijf, onderlijf, buik, onderbuik, maag, pens, de pens, ...
rumeur en néerlandais - herrie, geluid, roep, brommen, beweging, roem, murmelen, ...

Mots aléatoires