Saisir en néerlandais
Traduction: saisir, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
dragen, bezorgen, vastmaken, bevestigen, bekleden, oor, vatten, aanvragen, innemen, ontmoeten, behouden, verdragen, erkennen, rijs, vangst, fixeren, greep, grijpen, begrip, bereik, begrijpen
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): saisir
a saisir, huissier, jaf, saisie, saisir antonymes, saisir dictionnaire de langue néerlandais, saisir en néerlandais
Traductions
- saisie en néerlandais - vastpakken, arrestatie, beetnemen, inbeslagneming, aanhouding, klus, pakken, ...
- saisies en néerlandais - toevallen, epileptische aanvallen, aanvallen, inbeslagnames, beslagleggingen
- saisirent en néerlandais - aangegrepen, bevangen, beslag genomen, in beslag genomen, greep
- saisis en néerlandais - vorderen, grijpen, aangrijpen, bemachtigen, alvorens, voor, tevoren, ...
Mots aléatoires
Saisir en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: dragen, bezorgen, vastmaken, bevestigen, bekleden, oor, vatten, aanvragen, innemen, ontmoeten, behouden, verdragen, erkennen, rijs, vangst, fixeren, greep, grijpen, begrip, bereik, begrijpen
Traductions: dragen, bezorgen, vastmaken, bevestigen, bekleden, oor, vatten, aanvragen, innemen, ontmoeten, behouden, verdragen, erkennen, rijs, vangst, fixeren, greep, grijpen, begrip, bereik, begrijpen