Tiens en néerlandais
Traduction: tiens, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
conserveren, steel, uitstel, oponthoud, arrestatie, reserveren, oor, aanhouding, overhouden, waardering, bewaren, arrest, bedwingen, bergen, hechtenis, vasthouden, willen, wilt, wil, wenst, gewenste
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): tiens
au tiens, je me tiens, je te tiens, je tiens, je tiens bon, tiens dictionnaire de langue néerlandais, tiens en néerlandais
Traductions
- tien en néerlandais - jullie, je, jouw, de jouwe, het jouwe, jou, jouwe
- tiennent en néerlandais - behouden, toestemmen, dragen, toegeven, verdragen, bestellen, aanhouding, ...
- tient en néerlandais - houdt, bezit, heeft, geldt, bevat
- tierce en néerlandais - derde, troep, schare, bende, van derde, de derde, een derde
Mots aléatoires
Tiens en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: conserveren, steel, uitstel, oponthoud, arrestatie, reserveren, oor, aanhouding, overhouden, waardering, bewaren, arrest, bedwingen, bergen, hechtenis, vasthouden, willen, wilt, wil, wenst, gewenste
Traductions: conserveren, steel, uitstel, oponthoud, arrestatie, reserveren, oor, aanhouding, overhouden, waardering, bewaren, arrest, bedwingen, bergen, hechtenis, vasthouden, willen, wilt, wil, wenst, gewenste