Visita en néerlandais

Traduction: visita, Dictionnaire: français » néerlandais

Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
bezocht, bezochte, bezochten, bezoek, een bezoek
Visita en néerlandais
Autres langues

Mots associés / Définition (def): visita

visita antonymes, visita barcelona, visita camp nou, visita grammaire, visita interiora terrae rectificando invenies occultum lapidem, visita dictionnaire de langue néerlandais, visita en néerlandais

Traductions

  • visionner en néerlandais - controleren, dunk, inspecteren, gezichtsvermogen, mening, doorkijk, betomen, ...
  • visionneuse en néerlandais - kijker, Viewer, toeschouwer
  • visitai en néerlandais - bezocht, bezochte, bezochten, bezoek, een bezoek
  • visitant en néerlandais - bezoekende, een bezoek aan, een bezoek, het bezoeken, bezoek aan
Mots aléatoires
Visita en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: bezocht, bezochte, bezochten, bezoek, een bezoek