Vois en néerlandais

Traduction: vois, Dictionnaire: français » néerlandais

Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
examineren, tegenkomen, ontmoeten, toezien, zien, vorsen, opzoeken, exploreren, afgaan, bezoeken, nagaan, aantreffen, zie, bekijken, te zien, see
Vois en néerlandais
Mots associés
Autres langues

Mots associés / Définition (def): vois

je la vois, je le vois, je les vois, je ne vois, je te vois, vois dictionnaire de langue néerlandais, vois en néerlandais

Traductions

  • voire en néerlandais - inderdaad, metterdaad, echt, heus, waarachtig, zelfs, wel, ...
  • voirie en néerlandais - stortplaats, weg, straat, de weg, road, wegenkaart
  • voisin en néerlandais - dichtmaken, volgend, buurman, nabij, dichtdoen, eerstvolgend, naburig, ...
  • voisinage en néerlandais - waardering, eerstvolgend, aanstaand, nabijheid, hiernaast, verwantschap, naburig, ...
Mots aléatoires
Vois en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: examineren, tegenkomen, ontmoeten, toezien, zien, vorsen, opzoeken, exploreren, afgaan, bezoeken, nagaan, aantreffen, zie, bekijken, te zien, see