Bevollmächtigung in het nederlands
Vertaling: bevollmächtigung, Woordenboek: duits » nederlands
Brontaal:
duits
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
autoriteit, machtiging, bureel, bureau, kantoor, gezag, volmacht, mandaat, bevoegdheid, autorisatie, vergunning, toestemming
Verwante woorden
Vertalingen
- bevollmächtigten in het nederlands - geautoriseerd, geautoriseerde, gemachtigde, bevoegd, gemachtigd
- bevollmächtigter in het nederlands - pleitbezorger, lasthebber, verdediger, gecommitteerde, raadsman, advocaat, geautoriseerd, ...
- bevor in het nederlands - voor, alvorens, tevoren, voorheen, voordat
- bevormundende in het nederlands - neerbuigend, betuttelend, betutteling, neerbuigende, betuttelende
Willekeurige woorden
Bevollmächtigung in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: autoriteit, machtiging, bureel, bureau, kantoor, gezag, volmacht, mandaat, bevoegdheid, autorisatie, vergunning, toestemming
Vertalingen: autoriteit, machtiging, bureel, bureau, kantoor, gezag, volmacht, mandaat, bevoegdheid, autorisatie, vergunning, toestemming