Bevoegdheid in het duits - Vertaling / Woordenboek nederlands

Vertaling: bevoegdheid, Woordenboek: nederlands » duits

Brontaal:

nederlands

Doeltaal:

duits

Vertalingen:

anrecht, autorisierung, büro, eigenschaft, selbstvertrauen, richtig, korrigieren, gerademachen, genau, machtvollkommenheit, befähigung, kennzeichnung, eignung, gleich, bevollmächtigung, genehmigung, Kompetenz, Zuständigkeit, Kompetenzen

Verwante woorden

anrecht in het nederlands

autorisierung in het nederlands

büro in het nederlands

eigenschaft in het nederlands

selbstvertrauen in het nederlands

richtig in het nederlands

korrigieren in het nederlands

gerademachen in het nederlands

genau in het nederlands

machtvollkommenheit in het nederlands

befähigung in het nederlands

kennzeichnung in het nederlands

eignung in het nederlands

gleich in het nederlands

bevollmächtigung in het nederlands

genehmigung in het nederlands

Andere Talen

Verwante woorden: bevoegdheid

absolute bevoegdheid, bevoegdheden, bevoegdheid antoniemen, bevoegdheid betekenis, bevoegdheid docent, bevoegdheid talen woordenboek duits, bevoegdheid in het duits

Vertalingen

bevochtigen in het duits - tränken, urin, begießen, gießen, gänsewein, anfeuchten, wässern, ...
bevoegd in het duits - geschickt, klug, kompetent, zuständig, fähig, sachkundig, zuständigen, ...
bevoegdheidsverklaring in het duits - bescheinigung, beglaubigung, beurkundung, abnahme, zertifizierung, zertifikat, bestätigung, ...
bevoelen in het duits - empfinden, verstand, tasten, wahrnehmung, erfahrung, sinn, sachkenntnis, ...

Willekeurige woorden

jurisprudentie in het engels

parallel in het engels

zonnebloem in het engels

Bevoegdheid in het duits - Woordenboek: nederlands » duits
Vertalingen: anrecht, autorisierung, büro, eigenschaft, selbstvertrauen, richtig, korrigieren, gerademachen, genau, machtvollkommenheit, befähigung, kennzeichnung, eignung, gleich, bevollmächtigung, genehmigung, Kompetenz, Zuständigkeit, Kompetenzen