Précédent in het nederlands

Vertaling: précédent, Woordenboek: frans » nederlands

Brontaal:
frans
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
definitief, vroeger, terwijl, finaal, voorzijn, voorafgaand, ex-, laatste, voorbarig, standhouden, als, verleden, bejaard, toen, voorafgaan, eens, vorig, voorgaand, vorige, voorgaande, eerdere
Précédent in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • adossant in het nederlands - steun, backing, onderkant, drager
  • arracher in het nederlands - afrukken, scheuren, beschrijven, aanlokken, passage, hijsen, bekoren, ...
  • capillarité in het nederlands - capillariteit, capillaire, capillaire werking, capillariteit te, de capillaire werking
  • chanaan in het nederlands - Kanaän, canaan, Kanaan, van canaan
Willekeurige woorden
Précédent in het nederlands - Woordenboek: frans » nederlands
Vertalingen: definitief, vroeger, terwijl, finaal, voorzijn, voorafgaand, ex-, laatste, voorbarig, standhouden, als, verleden, bejaard, toen, voorafgaan, eens, vorig, voorgaand, vorige, voorgaande, eerdere